Die Italiaanse gastvrijheid

Een restaurant runnen, niet gemakkelijk.
Zeker op tv, want niet alleen moet je kunnen omgaan met kritiek, ontevreden klanten zijn altijd zo teleurgesteld.

De mensen in je zaak hebben een hele week gewerkt en 2 uur gereden om bij jou te komen eten. De ene keer is Sofie er niet … en de mensen, ze kwamen speciaal voor haar.

Of die vrouw die 200 kilometer had gereden en ons tijdens de hoofdschotel van het lunchmenu met trillende stem vertelde hoe graag zij een ravioli met gorgonzola had gegeten. Nu kon ze toch niet à la carte eten zeker?
Maar de Italiaanse gastvrijheid die geldt voor iedereen. Aldus maakte de chef speciaal voor hen toch dat gerecht nog klaar.
Hij kwam het zelfs persoonlijk naar hun tafel brengen.

Buon appetito!
GRACIAS

“Daar kan ik nu ni tegen!” zegt Bruno.

Maar die moet niet stom doen want Italianen verstaan Spaans, toch?

Even wat anders

Nu ik sinds dinsdag terug tv kan kijken, heb ik een hele hoop in te halen. Want naast thuis ben ik ook altijd een enorme fan geweest van ‘mijn restaurant’.

De verbazing was dan ook groot toen ik zag dat de format van het programma hélemaal is omgedraaid. Een verbetering? Dat kan alleen de toekomst uitwijzen, ik moet in ieder geval even wennen aan de nieuwe aanpak. Voor de mensen die het kennen van vroeger maar nu nog niet gekeken hebben, of nu wel maar vroeger niet.

Vroeger was het zo dat verschillende duo’s tegen elkaar een restaurant moesten uitbaten. Dat deden zij niet alleen voor heel kijkend vlaanderen, maar ook voor een jury van specialisten. Nu is dat anders. In de nieuwe mijn restaurant krijgen 4 intellectuele levensgenieters de kans om 4 koppels/restauranthouders op alle vlakken de loef af te steken.
In een Italiaans restaurant mensen ontvangen dat doe je met zwier. Je raakt de mensen aan, gooit er een paar Italiaanse woordjes tussen, … architect Vittorio Simoni deed het met iets te veel enthousiasme voor.

Ik ben er niet zo’n fan van eigenlijk. Waarom? De vorige jaren leerde ik wel eens bij.
Kooktips van Peter, de peptalk van Christel en de enthousiaste tips van Dirk.

Bekentenis, ik vond Yves Desmet altijd zo’n fijne vent. Iemand die wat van de wereld wist maar dat niet tentoon moest spreiden, zo iemand die zijn mond alleen maar opendeed als het er toe deed. Zo helemaal het omgekeerde van mijzelf.

Yves schoof gisteren met opgetrokken neus zijn dessert van zich af omdat het industrieel was en waterachtig, ze hebben geld genoeg gekregen dus moesten ze maar een ijsmachientje kopen. Toen het wel degelijk zelfgemaakt bleek te zijn, werd daar wel heel licht overgegaan.
4 bollen zelfgemaakt ijs in de vuilbak. Of het nu lekker was of niet, het was in tegenstelling tot uw overtuiging niet ingekocht. Neen Yves. Daar kan ik dus niet tegen, had je nu gewoon gezegd dat het niet lekker was, had ik er nog begrip voor gehad. Maar jij zei dat het ingekocht was, en dat was niet zo. Daar ging jij de mist in en je werd gered door de vriendelijkheid van je gastheer, die toegaf dat er misschien iets te weinig eieren in zaten.

Een grote kritiek op het eerste seizoen was dat vtm monsters had gecreëerd. Mensen dachten dat je op restaurant op je hoede moest zijn, fouten moest opmerken, moeilijk moest doen, mensen vergaten te genieten.

Heb ik veel te zeggen? Neuh.
Recenseren is als aglio oglio peperoncino.
Poepsimpel …
maar oh zo moeilijk. (hé?)

Buitenhuis

– Ge zijt weer aan’t liegen.
– Godver Trine, ik lieg nooit.
– Maar ge zijt bezig.
– Ik lieg nooit.
– Maar ge zijt bezig.
– Trine, ik lieg nòòit.
– Maar ge zijt bezig.
– Ik lieg nooit.

Het kan misschien lijken alsof ik enkel Thuis volg, maar niets is minder waar! Het is gewoon dat het momenteel nogal magertjes is qua programmatie.

Gelukkig staan er nog zoveel mooie televisiemomenten op mijn netvlies gebrand dat ik nog wel even verder kan en zo misschien zelfs die afschuwelijke zomer kan overbruggen.
Vanaf september kunnen jullie je in ieder geval verwachten aan meer variatie!